Vandaag en morgen valt er een pak sneeuw in het Alpengebied. Goed nieuws voor de wintersporters natuurlijk maar door de forse sneeuwval neemt ook de kans op lawines toe.
Hoe ontstaat een lawine ?
Een lawine ontstaat als een grote hoeveelheid sneeuw van de berghelling naar beneden stort. Vaak ontstaat zo’n lawine als de hechting tussen de verschillende sneeuwlagen zwak is of als er een slechte binding is met de ondergrond waar de sneeuw op ligt. De sneeuwlaag kan spontaan gaan glijden of door een trigger zoals een skiër, een dier of vallend puin en soms wordt een lawine kunstmatig opgewekt door dynamiet uit een helikopter in de sneeuw te gooien.
Uit een helikopter wordt dynamiet op de steile berghelling in de sneeuw gegooid zodat er kunstmatig een lawine opgewekt wordt (foto: Hans ter Braak)
Verder spelen de weersomstandigheden een grote rol bij het niet hechten van sneeuwlagen zoals bijvoorbeeld de wind, temperatuur en de hoeveelheid nieuwe sneeuw die valt. Deze hecht soms niet goed op de laag eronder, de druk wordt te groot en vervolgens schuift de hele “sneeuwplaat” naar beneden. Zo’n lawine wordt ook wel een plaatlawine genoemd. Lawines zijn levensgevaarlijk omdat ze vaak met hoge snelheid van de helling denderen zodat er nauwelijks tijd is te vluchten. Kom je onder de sneeuw terecht dan kan dit leiden tot verwonding, bevriezing of verstikking door zuurstofgebrek. Lawines worden niet voor niets “witte gevaren” genoemd.
Lawinegevarenschaal
In 1993 hebben de Europese lawinewaarschuwingsdiensten de “lawinegevarenschaal” opgericht en bestaat uit 5 verschillende waarschuwingsniveaus: laag, matig, aanzienlijk, hoog en zeer hoog. Deze geven aan hoe hoog het lawinegevaar op dat moment is in de bergen (geldt dus niet voor de skipistes). De gevarenschaal baseert het lawinegevaar op basis van de stabiliteit van de sneeuw en de kans op lawines. Het betekent niet als je van niveau 1 naar 2 gaat, het lawinegevaar 2 keer zo groot is maar juist veel groter, misschien wel tot 4 keer zo groot. Ieder niveau heeft dan ook verschillende kenmerken en het weer speelt daarin een grote rol. Het is dus van groot belang om, als je off-piste gaat skiën, je je van tevoren goed informeert naar het lawinerisico. In veel skigebieden staat een groot pistebord met daarop de pistes weergegeven. Brand de oranje lamp op zo’n bord dan is dat een teken dat het lawinegevaar hoog tot zeer hoog is, waarschuwingsfase 4 of 5. Hieronder staan de verschillende waarschuwingsniveaus uitgelegd (bron: skiinformatie.nl)
1: Laag (kleur groen). Als lawinegevaar niveau 1 wordt aangegeven betekent dit dat het sneeuwdek over het algemeen stevig en stabiel is. De lawinesituatie is gunstig en er vallen geen alarmerende omstandigheden te detecteren. Lawines kunnen slechts sporadisch afgaan bij grote belasting van het sneeuwdek. Dit komt vooral voor op zeer steile hellingen.
2: Kans op lawines is matig(geel): Over het algemeen is het sneeuwdek stevig opgebouwd. Alleen op sommige steile hellingen kan dit minder het geval zijn. op hellingen die in het lawinebericht worden aangegeven kunnen lawines worden getriggerd door belasting van het sneeuwdek. Grote lawines die spontaan afgaan zijn niet te verwachten.
3: Kans op lawines is aanzienlijk(oranje): situatie is kritisch en lawines kunnen makkelijk worden geactiveerd. De stabiliteit van het sneeuwdek is matig tot zwak, soms zijn er scheur- of bromgeluiden te horen in de sneeuw. De kans op middelgrote en grote spontane lawines is aanwezig.
4:Kans op lawines is groot en de situatie is zeer kritiek(rood). Op steile hellingen kunnen lawines makkelijk worden getriggerd en de kans op spontane lawines is groot. Het sneeuwdek is vooral erg zwak op steile hellingen. Bij geringe belasting op het sneeuwdek kunnen al lawines ontstaan. Op het pistebord brandt de oranje waarschuwingslamp. Off-piste skiën is niet aan te raden.
5:Kans op lawines is zeer groot(rood/zwart geblokt). Het is aan te raden om absoluut niet buiten de pistes te skiën. Het sneeuwdek is zwak waardoor grote lawines spontaan kunnen ontstaan. Niet alleen op steile maar ook op minder steile hellingen. De oranje waarschuwingslamp brandt op het pistebord.
Actuele lawinegevaar is vooral in de Franse Alpen groot. Ook in Zwitserland en Oostenrijk zal het lawinegevaar komende dagen toe gaan nemen. Bron: https://lawinen.report/bulletin/latest
Hoe overleef je een lawine
Voor iedereen die van plan is om toch off-piste te gaan is een lawine-nooduitrusting geen overbodige luxe. Zo'n standaard nooduitrusting bestaat uit een rugzak met airbags, een sonde, een lawinepieper en een lichtgewicht schop.
Lawinepieper: dit is een apparaatje dat beschikt over een speciale radiozender- en ontvanger en zendt een frequentie van 457 kHz uit. Met de zoekfunctie kun je deze frequentie oppikken en zo iemand die onder de sneeuw bedolven ligt vinden.
Lawinesonde: nadat d.m.v. de pieper een slachtoffer onder de sneeuw is gevonden wordt gebruik gemaakt van een lawinesonde. Deze ziet er uit als een soort opvouwbare tentstok. Door meeteenheden op de stok kun je meten hoe diep de persoon onder de sneeuw ligt. Met behulp van de schop kun je dan zo snel mogelijk beginnen met uitgraven.
Lawinerugzak: hierin bevinden zich 1of 2 airbags die geactiveerd worden door aan een hendel te trekken zodat er een groot volume ontstaat. Je vergroot hiermee de kans dat je op het sneeuwoppervlak blijft "drijven" waardoor je overlevingskans toeneemt. Mocht je toch onder de sneeuw worden bedolven dan heb je in ieder geval een grotere ruimte om in te ademen.
Sneeuwverwachting
In de Franse Alpen is veel sneeuw gevallen en er kan nog 20-30 cm bijkomen. Er geldt waarschuwingsfase 4 voor lawinegevaar. Ook aan de noordzijde van de Zwitserse en Oostenrijkse alpen gaat flink wat sneeuw vallen door “nordstau“. Ook in Zuid-Duitsland valt een pak sneeuw van 15-30 cm boven. Vanaf donderdag is het een paar dagen Kaiserwetter. Pas in het weekend kan er weer wat sneeuw vallen maar dat zijn dan geen grote hoeveelheden.
Sneeuwdump in de Alpen komende dagen (bron: WXCharts)
