Op dinsdag 13 december 2022 werd er afgeteld: 3, 2, 1… lift off! Gelanceerd! Een nieuwe weersatelliet was vanaf Frans Guyana onderweg naar een baan om de aarde. Wat gaat deze satelliet meten? Welke vernieuwingen vinden er plaats bij het maken van de weersverwachting?
Vanaf 2024 zal deze nieuwe satelliet op 36 000 km afstand meteorologen van nieuwe informatie gaan voorzien. Zo zal er elke tien minuten een beeld vanuit de ruimte voor Europa en Afrika naar aarde verstuurd worden. De nieuwe satelliet kan ook vanuit de ruimte onweer waarnemen. De lancering is een samenwerking van ESA (het Europese ruimteagentschap) en EUMETSAT (de Europese organisatie voor weersatellieten). De lancering is onderdeel van de Meteosat Third Generation (MTG), een groep nieuwe satellieten. De vorige lading satellieten (Meteosat Second Generation) komt uit 2004, deze worden de komende jaren vervangen.
Het zicht op aarde vanaf de huidige weersatellieten. Deze satellieten worden de komende jaren vervangen. Bron: RAMMB Satellite Slider.
Steeds nauwkeuriger beeld
Satellietbeelden worden gemeten door een zogenoemde “geostationaire satelliet”. Dit is een satelliet die met de draaiende aarde mee beweegt en zo continu boven hetzelfde deel van de aarde hangt. De satelliet staat op een afstand van 35 786 km, daarmee zijn er weinig satellieten die nog verder van de aarde af staan. Ter vergelijking, GPS-satellieten (voor onze navigatie) staan op ruim 20 000 kilometer afstand van de aarde.
De nieuwe satelliet stuurt nauwkeurigere beelden terug naar de aarde. Eerst stuurden de satellieten beelden terug waarin je de pixels van 3 bij 6 km nog kon zien. De pixelgrootte wordt nu 1 bij 2 km, zo kunnen we ook kleine plaatselijke buien zien. Satellietbeelden komen bovendien iedere 2,5 minuten. Hiermee kan je buien die snel ontstaan dus al sneller zien ontstaan. Een nog uitgebreidere scan komt binnenkort iedere tien minuten, in plaats van elk kwartier. Zeker op plaatsen waar regenradars en weermodellen van lagere kwaliteit zijn, zullen deze satellietbeelden van groot belang zijn.
Een geostationaire satelliet is een satelliet die altijd hetzelfde deel van de wereldbol waarneemt.
Onweer
Op de nieuwe satelliet zit ook een bliksemdetector, dit is een zeer snelle camera die elke milliseconde een beeld maakt in een specifieke golflengte die gevoelig is voor onweer. De satelliet kan daarmee op een afstand van bijna 36 000 kilometer van aarde de flits van bliksem waarnemen. De nieuwe satelliet kan ook de vorm van een bliksem van bovenaf bekijken. Op deze manier kijk je vanuit de ruimte een uniek inkijkje op de lengte van een bliksemflits. Dit is een aanvulling op de huidige bliksemdetectie.
Het huidige detectiesysteem bestaat uit 7 antennes van 20 meter hoog. Drie antennes staan in België, in Nederland staan de antennes in Den Helder, Valkenburg, Deelen en Hoogeveen. De antennes voelen de elektromagnetische straling die vrijkomt bij bliksem. De waarnemingen van de antennes worden dan met elkaar vergeleken om de tijd en locatie van de bliksemontlading te berekenen. Deze berekeningen zijn tot enkele kilometers nauwkeurig. Dit netwerk is belangrijk voor meteorologen om bijvoorbeeld voor onweer te waarschuwen.
Hierboven zie je in het wit één enkele bliksemflits, dit is de recordhouder voor langste bliksemflits. De bliksemflits strekte zich uit van Mississippi tot Texas, maar liefst 768 km). Bron: NOAA/WMO
Weermodellen
De informatie van de satellieten wordt gebruikt om een weermodel mee te laten starten. Er komt van de nieuwe satellieten nu meer informatie over de vochtigheid van de atmosfeer. Hiermee kunnen we in de toekomst een nog betere verwachting maken voor bewolking, mist en neerslag.
Een deel van de gegevens die nodig zijn om een weermodel te starten komen van satellieten. Andere gegevens komen onder andere van schepen, vliegtuigen, weerballonnen, boeien op de oceaan en weerstations.
Lanceringen
De komende 15 jaar volgen nog 5 lanceringen van MTG-satellieten gepland. De volgende lanceringen staan gepland in 2024 en begin 2026. Deze zullen naar verwachting tot minstens 2040 dienst doen. De satellieten kosten samen enkele miljarden, maar de kosten worden gedeeld door alle landen die de nieuwe gegevens gaan gebruiken. Deze satellieten zijn gebonden aan een vast deel van de aarde (Europa en Afrika). Andere werelddelen hebben hun eigen weersatellieten, zo zijn er soortgelijke satellieten van Amerika (GOES), Japan (Himawari), Zuid-Korea, China, Rusland en India. Europa gaat dus mee met nieuwe satellieten, een nieuwe generatie satellieten staat voor ons klaar.