Na lange tijd van droogte hebben we eindelijk weer te maken met een wisselvallig weerbeeld. Het neerslagtekort is nog niet helemaal aangevuld, maar eindelijk valt er weer eens wat regen, of een bui. Maar wat is nou precies het verschil? Dat lees je in deze blog.
Regen
Regen, regengebieden of neerslagzones. In principe bedoelen we hetzelfde met deze termen. Vaak gaat het hier over een (groot) gebied van regen en dus niet kleine plukjes regen. Zo'n groot gebied wordt altijd veroorzaakt door de aanwezigheid van een storing. Bij een storing hoort een zogeheten front en zo'n front duwt eigenlijk de lucht op grote schaal omhoog. Als die lucht dan maar hoog genoeg komt, condenseert het en ontstaat er een groot gebied van bewolking. Is die bewolking dik genoeg, dan worden de wolkendruppels groot genoeg om naar de grond te vallen, met als gevolg: regen (of een regengebied, of een neerslagzone)!
Een schets van een doorsnede van fronten.
Laten we even naar de schets hierboven kijken. We beelden ons even in dat het geheel zich naar rechts beweegt. Aan de rechterkant ligt dan een warmtefront dat langzaam de lucht omhoog duwt, met uiteindelijk regen tot gevolg. Links ligt een koufront dat vaak wat sterker de lucht omhoog duwt. Dan is de regen vaak wat heftiger. Tussen de fronten ligt een gebiedje met warme lucht. Dit heet de warme sector.
Dan hebben we nog een occlusiefront. Om zo'n front te krijgen, hebben we zowel een warmtefront als koufront nodig. Een koufront beweegt relatief sneller en haalt zo het warmtefront in. Hierdoor raakt de warme lucht van de warme sector de grond niet meer. De minder koude lucht (rechts) wordt dan opgetild door de koude lucht (links). Als dit gebeurt, noemen we dat occlusie, met als gevolg dus een occlusiefront.
occlusiefront
Iedere dag presenteren we op TV een animatie met daarin alle fronten boven Europa. Dit gebruiken we vaak om zulke regengebieden aan te geven. Vandaag hebben we ook grotendeels te maken met een regengebied en op de "frontenkaart" zien we dit terug: er ligt een front boven ons land!
De frontenkaart voor morgen. Een warmtefront is een rode lijn, een koufront is een blauwe lijn en een occlusiefront is een paarse lijn.
Buien
Dan hebben we nog buien. Buien kunnen door allerlei dingen ontstaan. Soms kan een front buien laten ontstaan, maar meestal ontstaan ze voornamelijk door temperatuurverschillen tussen lage en hoge luchtlagen. Zoals de meeste mensen wel weten, is warme lucht lichter dan koude lucht. Als een pakket warme lucht aan de grond warmer is dan zijn omgeving, stijgt deze dus omhoog. Vervolgens passen we weer het verhaal toe: uiteindelijk condenseert en en kan er regen uit vallen. Gebeurt dit vanzelf? Nee, vaak niet! Vaak zulke luchtpakketjes een extra zetje omhoog nodig. Ook dat kan weer verscheidene oorzaken hebben, zoals het tegen een heuvel/berg aanbotsen, maar daar daar gaan we voor nu even niet op in. Bij hogedrukgebieden is het moeilijk voor buien om te ontstaan, want de dalende luchtbewegingen die bij hogedrukgebieden hoort duwt dan als het ware de lucht naar beneden, waardoor die stijgende pakketjes lucht niet verder meer kunnen stijgen.
Ontstaan van buien: door grote temperatuurverschillen tussen het aardoppervlak en de bovenlucht, stijgen pakketjes warme lucht en ontstaan er eerst stapelwolken die uitgroeien tot buien.
Onweer
Van tijd tot tijd groeit een bui zo groot, of komt een dusdanig actieve buienstoring het land binnen, dat de buien gepaard kunnen gaan met onweer of hagel. Hoe die onweer ontstaan kan je lezen in dit artikel. De komende dag houden we trouwens kans op flink wat buien die gepaard kunnen gaan met onweer. Te beginnen met morgen. Een storing (occlusiefront) trekt vanuit het zuiden het land binnen en in combinatie met de opgewarmde aarde, kan dat in de middag voor flinke onweersbuien zorgen. Goed de Buienradar in de gaten houden dus!
Morgen trekken vanuit het zuiden buien met onweer over het land!