Vandaag kreeg een groot deel van het land te maken met ijzel. Het KNMI heeft zelfs Code Oranje afgegeven. IJzel is de gevaarlijkste vorm van winterse neerslag. Maar er zijn er meer. De komende dagen kunnen we er nog met een aantal te maken krijgen.
Allereerst is het goed om te weten dat in de winter vrijwel alle neerslag als sneeuw uit de wolken valt. Hoe die neerslag vervolgens de grond bereikt, ligt aan de temperatuur in de luchtkolom tussen de wolk en het aardoppervlak. En nog een weetje: Eenmaal ontdooide sneeuw kan nooit meer sneeuw worden.
Winterse neerslag
IJzel
IJzel is de gevaarlijkste variant van winterse neerslag, die -zoals nu ook- ontstaat als zachtere lucht met neerslag na een koude periode over het land uitstroomt. De neerslag verlaat de wolk als sneeuw, komt onderweg naar beneden een warme laag tegen en smelt. Maar in de onderste laag van de kolom ligt de temperatuur weer onder 0. Daardoor komt de temperatuur van de druppels onder het vriespunt, maar ze bevriezen niet. Dat komt doordat er geen vrieskern aanwezig is. Dat zijn miniscule deeltjes zoals stof, zand, roet of zout waar de druppel op kan vastvriezen. Dit noemen we onderkoelde druppels. Zodra deze druppels het aardoppervlak raken, fungeert het aardoppervlak als vrieskern. De druppels bevriezen meteen en vormen een harde en zeer gladde ijslaag. Zelfs als er al zout gestrooid is, kan zich een gevaarlijke ijslaag vormen. Dat komt doordat het mengsel van zout en water tot ongeveer -7 graden vloeibaar blijft. Maar onderkoelde druppels kunnen wel tot -20 graden zijn, en dan helpt het zout dus niet meer. Als de druppeltjes toch bevriezen is de koude onderste laag, dan vormen ze hele kleine ijskristallen. In dat geval spreken we over ijsregen. Deze ijsregen heeft hetzelfde effect als ijzel. IJzel levert dus zeer gladde wegen op, waar zout strooien niet altijd tegen helpt.
Maar natuurlijk kun je er ook veel pret van hebben, zoals hier een paar jaar geleden in Groningen, waar kinderen op straat schaatsen.
Straatschaatsen. Foto: Gerrit Draaisma
De andere vormen van winterse neerslag hebben ook met de temperatuur van de luchtkolom tussen de wolk en het aardoppervlak te maken.
Sneeuw
Bij sneeuw is de hele luchtkolom tussen de wolk en het aardoppervlak onder 0. In de wolk bevinden zich ijskristallen. Deze ijskristallen plakken aan elkaar en wanneer ze groot genoeg en dus zwaar genoeg zijn, vallen ze als sneeuwvlokken naar beneden. De sneeuw verlaat de wolk dus als sneeuw en bereikt de grond ook als sneeuw. Is de lucht waarin het valt droog en koud, dan vormt zich droge- of poedersneeuw. Deze vlokken zijn klein en plakken nauwelijks aan elkaar. De wintersport liefhebbers zijn erg blij met deze soort, al komt deze niet vaak in Nederland voor. Doordat er weinig water in deze "droge" sneeuw zit, reageert het niet goed op het strooien van zout.
Is de lucht iets vochtiger of warmer, dan krijg je al een soort van natte sneeuw. Deze sneeuw is licht gesmolten aan de buitenkant en bevat hierdoor meer water. Het is erg plakkerig en kan makkelijk compact worden, door bijvoorbeeld een auto die er over heen rijdt. Daarnaast kan het ook snel bevriezen, wanneer bijvoorbeeld 's nachts de temperatuur weer omlaag gaat.
Wordt er gestrooid voordat het compact gereden is, dan zal deze soort sneeuw wel goed reageren op het zout en smelten.
Natte sneeuw
Dan is er nog de "echte" natte sneeuw. De luchtkolom waardoor de sneeuw valt is deels boven 0. Hierdoor is een deel van de sneeuw al compleet gesmolten. Het is echter nog niet zo warm dat alle sneeuw smelt. Hierdoor valt er een combinatie van regen en sneeuw tegelijk. Meestal smelt de aanwezige sneeuw direct bij aanraking van de grond. Is de ondergrond koud, maar nog niet bevroren, dan kan natte sneeuw wel de grond nog verder afkoelen tot onder het vriespunt. Dan kan het dus door die natte sneeuw eventjes verraderlijk glad worden.
Regen
De laatste vorm van winterse neerslag is ook weer eenvoudig: De hele luchtkolom is boven 0, dus de sneeuw smelt geheel en bereikt als regen de grond. Regen is natuurlijk eigenlijk geen typisch winterse neerslag, omdat het het hele jaar door kan vallen. Het is dan ook de meest voorkomende neerslagsoort in Nederland.
Korrelhagel
En dan tot slot nog een winters fenomeen: Korrelhagel. Dat ontstaat als er flink koude lucht op hoogte over warmere lucht heen stroomt. In de winter ontstaan dan buien (vaak aan zee waar het zeewater nog relatief warm is) In die buien worden gedeeltelijk gesmolten sneeuwvlokken naar de koudere toppen van de wolk getransporteerd en daar bevriest het gesmolten laagje om de sneeuwvlok weer. Hierdoor vormt zich een kleine hagelsteen, die vervolgens naar beneden valt. Deze hagelstenen zijn in tegenstelling tot zomerhagel klein en poreus. Ze hebben wel iets weg van piepschuimbolletjes. Je kunt ze zo fijnknijpen met je vingers, omdat binnenin nog een deel van de sneeuwvlok zit. Daarom zijn ze ook heel wit van kleur. In de zomer zijn hagelstenen echte ijsballen, soms zelfs ter grootte van golfballen. Dat heeft te maken met het feit dat de opgaande beweging in een winterse bui een stuk kleiner is doordat het temperatuurverschil kleiner is dan in de zomer. Het wegdek zal niet heel snel heel glad worden van korrelhagel, ondanks dat het wel even wit wordt. In deze blog staat meer uitgelegd over korrelhagel.
Foto: Francisca Laureijs
Verwachting
De komende dagen krijgen we te maken met meer vormen van winterse neerslag. De grens tussen heel koude lucht uit Scandinavië en veel zachtere lucht vanaf de Atlantische Oceaan en uit Frankrijk beweegt boven ons land. Op eerste kerstdag beweegt de kou van noord naar zuid over het land. Waar de grens precies komt te liggen, is nu nog niet te zeggen. In het noorden van het land is het koud en droog weer met opklaringen. In het zuiden is het zacht en nat. Op de grens -waarschijnlijk over het midden van het land- valt regen en mogelijk natte sneeuw bij temperaturen die iets boven het vriespunt liggen.Op tweede kerstdag rukt de zachte lucht vanuit het zuiden weer op naar het noorden. Op de grens tussen de koude en de zachtere lucht kan er af en toe wat winterse neerslag vallen. Dit zal vooral regen zijn, maar misschien ook natte sneeuw. Als de natte sneeuw erg intensief is, zou het ergens even wit kunnen worden, bijvoorbeeld op de Veluwe.
De dagen na de kerst wint de zachte lucht het van de koude en is het regenachtig. Mogelijk verloopt de jaarwisseling dan extreem zacht voor de tijd van het jaar met temperaturen rond de 10 graden.