De afgelopen periode hebben we maar weinig blauwe lucht gezien. De lucht was heel vaak maar grauw en grijs. Soms viel er regen uit de bewolking en soms was het droog. Veel mensen verlangen dan toch naar een blauwe hemel. Wellicht met een aantal vriendelijke stapelwolkjes of strakblauw met wat sluierbewolking. Er zijn in ieder geval een heleboel wolkensoorten waar we door het jaar heen mee te maken krijgen. In deze blog kijken we even naar de verschillende soorten.
Onderverdeling
Wolken kunnen we in grote lijnen onderverdelen in 4 groepen. Namelijk: Lage bewolking, middelbare bewolking, hoge bewolking en verticaal ontwikkelde bewolking. De lage bewolking bevindt zich in de onderste twee kilometer van de atmosfeer. Middelbare bewolking bevindt zich tussen de twee en zes kilometer en hoge bewolking boven de zes kilometer. De verticaal ontwikkelde wolk kan zich ontwikkelen in alle drie de lagen en kan zich ook vaak in twee of zelfs drie lagen tegelijk bevinden.
Wolkensoorten
Verticaal ontwikkelde wolk
Het woord zegt het eigenlijk al. Zo'n wolk ontwikkeld zich door verticale bewegingen in de atmosfeer. Warme lucht stijgt op en koelt onderweg af. Koudere lucht kan minder vocht bevatten en het vocht in die lucht zal condenseren. Dit zijn dan waterdruppeltjes in de lucht die wij als wolk zien. Indien er genoeg vocht en opwaartse beweging aanwezig is, kan zo'n wolk zich door ontwikkelen van kleine Cumulus wolk, via een Towering Cumulus tot uiteindelijk een heuse Cumulonimbus wolk. Dit zijn de bekende buienwolken met een aambeeld bovenop. Deze wolken kunnen in Nederland soms wel 15 kilometer hoog worden. Het aambeeld overigens bestaat uit ijsdeeltjes in plaats van waterdruppeltjes.
Cumulonimbus
Lage bewolking
In de onderste twee kilometer van de atmosfeer tref je lage bewolking aan. Deze bestaat uit stratus- en (strato-)cumuluswolken. Stratus betekent in het Latijn op de grond of horizontaal uitgebreid, terwijl cumulus een ander woord is voor gestapeld. Een meer bekende naam voor cumuluswolken is dus stapelwolken. Mist is trouwens ook een voorbeeld van lage bewolking.
Stapelwolk
Middelbare bewolking
De wolken tussen twee en zes kilometer hoogte vanaf het aardoppervlak staan bekend als middelbare bewolking. Hier tref je altostratus en altocumulus, ook wel schapenwolken genoemd, aan. Het is bijna hetzelfde als de lage bewolking, maar met "alto-" vooraan. Het Latijnse woord "altus" betekent hoog, dus komen altostratus en altocumulus hoger dan stratus en cumulus in de atmosfeer voor.
Altocumulus
Hoge bewolking
De bewolking boven zes kilometer noemen we hoge bewolking. Deze bewolking betreft cirrus, cirrostratus en cirrucumulus. Cirrus betekent in het Latijns een haarlok. Cirruswolken hebben vaak een draderige of harige structuur en bestaan uit ijskristalletjes.
Cirrus met halo