Je hebt er vast al wel wat over gehoord of gelezen: in Canada was de het de afgelopen dagen ongekend heet en waren er veel grote natuurbranden die extreem gedrag vertoonden. In deze blog bespreken we hoe het zo warm kon worden en waarom vuur zich zo kan gedragen.
Bijna 50 graden
Voor de meeste mensen in Nederland zit het nog vers in het geheugen: in 2019 overschreden we de "magische" grens van 40 graden Celsius in Nederland. Dat was al warm genoeg, maar de afgelopen dagen was het in Canada nog een stuk erger: daar werd het bijna 50 graden! Om precies te zijn werd 49,6 graden Celsius gemeten op het weerstation bij het dorp Lytton. Datzelfde weerstation werd niet lang na die meting verwoest door een grote natuurbrand, samen met een groot deel van het dorp.
Temperaturen van bijna 50 graden of nog iets daarboven komen wel eens vaker voor, maar dan gebeurt dat in principe altijd in speciale gebieden zoals Death Valley in Californië. Dat het 49,6 graden is geworden in Canada is dan ook ongekend te noemen. Zeker als je je realiseert dat daar waar dat temperatuurrecord is gemeten, op ongeveer dezelfde breedtegraad ligt als Nederland. Er zijn berichten dat door de extreme hitte in Canada honderden mensen "extra" zijn overleden. Voor sommige mensen kan zulke hitte inderdaad dodelijk zijn doordat hun lichaam té hard moet werken om af te koelen en dit uiteindelijk niet meer aankan.
Hoe kon het dan zó warm worden?
Om die vraag te kunnen beantwoorden, moeten we naar twee dingen kijken. Laten we beginnen met de luchtdruk. Een krachtig hogedrukgebied lag namelijk boven het gebied. Bij een hogedrukgebied is sprake van dalende luchtbewegingen. Normaal is dat dan ook de oorzaak dat het vaak zonnig en droog is bij een hogedrukgebied. Voor wolken en buien zijn juist stijgende luchtbewegingen nodig, maar dat is onder een hogedrukgebied niet mogelijk. Er hing als het ware een deksel op de atmosfeer.
Die dalende lucht kwam van vele kilometers hoogte, waar de luchtdruk een stuk lager is dan aan de grond. Als zo'n pakket dan door het hogedrukgebied daalt, moet deze krimpen omdat het een alsmaar een hogere druk tegenkomt tijdens het dalen: het volume van het luchtpakket neemt af. Nu zullen we je de moeilijke natuurkunde besparen, maar door het afnemen van het volume van zo'n luchtpakket, warmt de lucht op. In het geval van het hogedrukgebied boven Canada was deze dusdanig krachtig dat de lucht bij het dalen al flink kon opwarmen.
Dat is alleen niet de enige reden. Een andere factor is een gebergte aan de westkust. De lucht kwam namelijk vanaf de oceaan (zie bovenstaande afbeelding, waarin je kunt zien waar de lucht vandaan komt door de lijnen van links naar rechts te volgen). Dat is in principe vochtige lucht en normaal kan de lucht dan minder hard opwarmen, maar dat was nu juist niet het geval omdat de lucht over dat gebergte aan de westkust van Canada moest trekken. Aan de westelijke kant van dat gebergte wordt de lucht omhoog geforceerd, ontstaan er buien en regent de meeste vocht uit de lucht. Dit noemen we dan de loefzijde. Aan de oostkant van het gebergte, de lijzijde, gaat de lucht weer naar beneden (en warmt het ook weer extra op) en is de lucht droog. Dat noemen we de lijzijde. Een handige ezelsbrug om dit te onthouden, is droef (loefzijde is nat en koel) en blij (lijzijde is droog en warmer). Die loef- en lijzijde en de wind die daarbij komt kijken, kennen we ook wel als Stau- en Föhnwinden.
Combineren we dus bovenstaande factoren, dan hebben we dus het recept voor die extreem hoge temperaturen in het zuidwesten van Canada. Dat alles zo samenvalt, is wel uniek te noemen. Uiteraard draagt de zon ook bij, gezien het overdag door zonnestraling nog eens extra kan opwarmen.
Extreem gedrag van natuurbranden
Daarnaast nog een woord over de natuurbranden die daar nu nog steeds huishouden. Een paar dagen eerder vertoonden deze "extreem gedrag". Het vuur was dusdanig sterk, dat het zijn eigen weer ontwikkelde. Boven de rookpluim van de brand ontstonden zogeheten pyrocumulonimbus wolken. Simpel gezegd: onweersbuien (cumulonimbus) boven een natuurbrand (pyro). Vanaf de grond ziet zo'n wolk er zo uit:
Zo'n wolk komt niet zonder gevaren. Er zijn duizenden blikseminslagen gemeten tijdens de aanwezigheid van die wolk nabij het vuur. Gezien de extreem hete en droge condities die er waren, kon dit weer voor nieuwe natuurbranden zorgen. Dat is alleen niet het enige gevaar. Zo'n wolk kan ook brandende deeltjes transporteren en kilometers van het vuur vandaan weer neerleggen. Als die deeltjes dan nog steeds wat branden of smeulen, kunnen ook daardoor weer nieuwe natuurbranden ontstaan. Tot slot kunnen sterke neerwaartse luchtbewegingen binnenin die onweersbui zorgen voor een harde wind aan de grond, waardoor het vuur extra snel kan verspreiden. Ook kan de windrichting draaien, waardoor het vuur zich soms ook sneller kan verspreiden. In onderstaande tweet is een blikseminslag in Canada te zien, terwijl er al een kleine natuurbrand is.
Met een animatie van satellietbeelden waren die onweersbuien goed te zien. Het ziet er een beetje uit alsof de atmosfeer ontplofte:
Zulke wolken, die pyrocumulonimbus wolken, komen niet vaak voor, maar als het gebeurt, wordt het al snel enorm lastig om het vuur onder controle te krijgen. De condities worden dusdanig chaotisch en gevaarlijk, dat er haast niet tegenin te gaan is: men is overgelaten aan de krachten van Moeder Natuur. Door klimaatverandering zien we de laatste jaren zulke wolken vaker voorkomen en worden natuurbranden dus ook steeds lastiger te bestrijden.
Kan 50 graden ook in Nederland voorkomen?
Zeg nooit nooit, maar in theorie is een temperatuur van (bijna) 50 graden niet mogelijk in Nederland. Hoewel ook wij te maken kunnen krijgen met een krachtig hogedrukgebied, is onze lucht vaak niet droog genoeg, onder andere als gevolg van de Noordzee. Daarnaast hebben wij geen bergen vlakbij ons, zoals Canada dat wel had. 40 graden en zelfs daar een stukje boven is wel mogelijk in ons land. Dat merkten we in 2019 al en het is vooral niet de vraag óf, maar wanneer we zulke temperaturen weer gaan krijgen.
Voorlopig zijn we nog geeneens in de buurt van zulke hoge temperaturen. De komende dagen komt het kwik niet veel hoger dan zo'n 20/21 graden en is het vrij wisselvallig.