Zomerweer of niet, een seizoen houdt daar geen rekening mee. Toch is er een probleempje: meteorologen noemen het soms al zomer, terwijl het voor astronomen nog lente is. Ook nu is dat het geval. In deze blog lees je waarom dat zo is!
Astronomische zomer
De astronomische zomer begint dit jaar op 21 juni en eindigt op 23 september. Omdat het vandaag 15 juni is, geldt voor de astronomen dus nog niet dat het zomer is. Dit heeft allemaal met de stand van de zon te maken. De zomer gaat voor de astronomen in op het moment dat de zon de hoogste stand boven de horizon bereikt. Hierdoor is de dag ook het langst. Om heel precies te zijn, zal de zomer dan 21 juni om 17:54 beginnen. Dit moment verschilt per jaar. Volgend jaar, begint de zomer namelijk een dag eerder: 20 juni! Dat is eigenlijk best bijzonder, want de afgelopen jaren is de astronomische zomer altijd op 21 juni begonnen.
De invalshoek van de zon bij ingang van de astronomische zomer.
Meteorologische zomer
De meteorologische is een ander geval. Eigenlijk is deze het makkelijkst. De meteorologische seizoenen beginnen altijd op de 1e van de maand. Voor ons meteorologen is de zomer dus al op 1 juni begonnen. De reden hiervoor heeft niets met astronomie te maken. De meteorologische seizoenen beginnen altijd op een vast moment, omdat dat voor ons erg praktisch is. Hierdoor wordt het een stuk makkelijker om records bij te kunnen houden. Het wordt dan dus makkelijk om bijvoorbeeld de warmste of natste zomers bij te houden.
De cijfers
Omdat het zo makkelijk bij te houden is, geven we hier wat feitjes:
- De warmste zomer sinds het begin van de metingen was, je raadt het niet, 2018! Door het hete en zonnige weer dat lang aanhield, kwam de gemiddelde temperatuur die zomer uit op 18,9 graden.
- De zonnigste zomer ooit gemeten, was de zomer van 1947. Toen waren er 839.8 zonuren gemeten. Ter vergelijking: de zomer van het afgelopen jaar voelde ook heel zonnig aan, maar uiteindelijk werden er toen "maar" 751.3 zonuren gemeten. Dat was goed voor een 4e plaats.
- Het droogste zomerseizoen ooit gemeten viel in 2003. Gedurende de gehele zomer viel er toen maar 73.6 millimeter regen in De Bilt. Dat is ongeveer het dubbele wat alleen vandaag al in het westen van het land is gevallen.
- Tot slot: hoewel 2003 de droogste zomer had, is de hoogste neerslagtekort gemeten in 1976. Het neerslagtekort is het verschil tussen de hoeveelheid verdampt water (door planten en gewassen) en de regen. Dit wordt niet in De Bilt bijgehouden, maar landelijk. Het neerslagtekort dat jaar liep op tot zo'n 350 millimeter.
Het neerslagtekort voor dit jaar. Actueel is er een neerslagtekort van 71 mm. De rode lijn is het recordjaar van 1976. Via: KNMI.
